27 oktober 2011

Advocaat bespreekt koopcontract; verliest koper 3 dagen bedenktijd bij tweede koopcontract?

Categorie: Vastgoedrecht

In deze uitspraak over bedenkrijk koper woning wordt een appartement verkocht onder de ontbindende voorwaarde dat uiterlijk op 1 december een onherroepelijke splitsingsvergunning zou zijn verstrekt door de gemeente. Die datum wordt niet gehaald. Koper en verkoper sluiten dan op 13 december weer een nieuwe overeenkomst. Dat gebeurt bij de notaris. De ontbindende voorwaarde wordt dan opnieuw opgenomen en wel uiterlijk 31 december dient de splitsingsvergunning er te zijn. Koper krijgt kennelijk koudwatervrees en roept dan op 17 december ook dat hij van de overeenkomst af wil, aangezien hij stelt binnen de drie dagentermijn van het contract af te kunnen.

De verkoper accepteert dit niet en de advocaat van verkoper dagvaardt de koper. De koper wordt in eerste instantie door de rechtbank in het gelijk gesteld. De verkoper gaat met zijn advocaat in hoger beroep.

Na ondertekening koopcontact heeft koper drie dagen bedenktijd

De rechter overweegt dat in beginsel door de wetgever beoogd is dat een koper zich slechts eenmaal op de bedenktijd van drie dagen kan beroepen. Zoals bepaald is in artikel 7:2 lid 2 BW, heeft de koper dit recht slechts eenmaal en ontstaat dit recht niet opnieuw indien binnen zes maanden nadat de koper het recht heeft gebruikt, weer een overeenkomst met betrekking tot dezelfde woning wordt gesloten. Die situatie doet zich naar oordeel van het Gerechtshof hier niet voor. Van belang kan zijn geweest dat het sluiten van een nieuwe overeenkomst werd veroorzaakt door het feit dat aan de zijde van de verkoper de splitsingsvergunning nog niet geregeld was. Het Gerechtshof meent dat de praktijk belang heeft bij duidelijk hanteerbare regels en heeft in het voordeel van de koper beslist. De koper kon dus ook na het sluiten van de tweede overeenkomst nog ontbinden.